Recensie van Barton Gellmans boek Dark Mirror: een kritische terugblik op de Snowdenonthullingen - door Peter Koop

Darrk Mirror

Het is inmiddels meer dan 7,5 jaar geleden dat de Snowden-onthullingen begonnen, al zijn er sinds 2018 nauwelijks nog nieuwe publicaties geweest en werd in maart 2019 het Snowdenarchief van Glenn Greenwald gesloten. Toch blijkt er nog het nodige te vertellen, want in september 2019 kwam Snowden zelf met vroege memoires onder de titel Permanent Record en in mei 2020 publiceerde Barton Gellman het boek Dark Mirror. Als journalist van The Washington Post had Gellman niet alleen toegang tot de geheime NSA-documenten, maar ook rechtstreeks contact met Snowden. Wat Gellmans boek met name interessant maakt is dat hij een ander beeld geeft dan dat we uit de media en de boeken van Snowden en Greenwald kennen.

Greenwald

Als doorgewinterd en gelauwerd journalist besteed Gellman veel aandacht aan het journalistieke proces rondom de onthullingen en dat is ook meteen het meest meeslepende deel van zijn boek. Hierbij beschrijft hij onder meer dat niet Glenn Greenwald, maar hij degene was die door Snowden was uitgekozen om de eerste onthullingen over de NSA te publiceren. Richting het grote publiek had Greenwald die rol direct naar zich toe getrokken en in zijn boek No Place To Hide uit 2014 beschreef hij zichzelf als de door Snowden uitverkoren journalist met wie hij al sinds eind januari 2013 in contact stond. Volgens Gellman was hun eerste inhoudelijke chatcontact echter pas op 27 mei.

Gellman laat ook blijken dat hij het niet met al Greenwalds publicaties eens is, maar noemt daarbij geen concrete voorbeelden waardoor Greenwalds misslagen onbenoemd blijven. Is dat uit journalistieke collegialiteit of omdat het simpelweg te ver zou voeren? Wat waarschijnlijk ook meespeelt is dat een van de grootste missers betrekking had op Europa, waar Amerikaanse publicaties zelden of nooit aandacht aan besteden. Het ging hierbij om het "massaal afluisteren van Europese burgers", wat Greenwald baseerde op een verkeerde interpretatie van de BOUNDLESSINFORMANT-grafieken, een kwestie die in Nederland bekend werd door de 1,8 miljoen metadata.

Boundlessinforman

PRISM

Voor de liefhebbers van technische details zal Dark Mirror waarschijnlijk wat tegenvallen. Gellman gaat over het algemeen niet heel uitgebreid in op de verschillende systemen, methodes en programma's van de NSA, al geeft hij de hoofdlijnen goed weer. Hij bespreekt kort het roemruchte PRISM-programma en benadrukt dat dit geen massasurveillance is: het wordt namelijk ingezet om data van individuele buitenlandse targets op te vragen bij grote Amerikaanse internetbedrijven als Facebook, Google en Yahoo en hoewel dit niet in detail aan extern toezicht onderworpen is, gaan de NSA-analisten volgens Gellman zorgvuldig en naar eer en geweten te werk. Het artikel waarin Gellman PRISM onthulde bevatte de spraakmakende claim dat de NSA "direct access" tot de servers van de internetgiganten had, maar al op de avond na publicatie werd hem duidelijk dat dit genuanceerder lag. Achteraf is hij dan ook niet erg blij met het betreffende stuk. Wat in het boek niet met zoveel woorden naar voren komt is dat ook Snowden hem kennelijk niet voldoende over PRISM geïnformeerd had, waardoor hij alles zelf hadden moeten zien te destilleren uit de vaak zeer moeilijk te doorgronden NSA-documenten.

Prism

Bijvangst

Hoewel PRISM op zichzelf dus geen massasurveillance is, blijkt dit programma wel op een andere manier problematisch: het levert namelijk zeer veel bijvangst op. Dit werd duidelijk uit een dataset van zo'n 160.000 internetconversaties die via PRISM vergaard waren en waar Snowden in zijn laatste functie bij de NSA op gestuit was. Hij gaf ze aan Gellman en na een maandenlange analyse bij The Washington Post bleek dat zeker 9 van de 10 accounts in deze dataset niet aan legitieme targets, maar aan niet-betrokken derden toebehoorden.

Wanneer dit Amerikanen betreft, waarover de NSA geen informatie mag verzamelen, dan wordt dat opgelost door middel van "minimization", dat wil zeggen dat in inlichtingenrapporten hun namen geanonimiseerd worden. Gellman realiseert zich dat zulke bijvangst technisch gezien moeilijk te voorkomen is, maar omdat het later nog van nut zou kunnen zijn, vernietigt de NSA deze data ook niet. In gesprekken daarover met kopstukken van de Amerikaanse inlichtingendiensten hoopt hij op meer concrete privacywaarborgen, maar krijgt alleen verzekerd dat de NSA simpelweg niet in de gesprekken van gewone burgers geïnteresseerd is.

Als Gellman aan James Clapper en andere voormalige topfunctionarissen vraagt of de keuze van Trump tot president niet aantoont dat de systemen van de NSA in potentie een "turnkey tiranny" zijn, moeten ze toegeven dat het hele systeem uiteindelijk afhangt van hoe sterk individuele medewerkers in hun schoenen staan. Nu we inmiddels kunnen terugkijken op het presidentschap van Trump blijkt dat NSA, CIA en FBI voor hem eerder tegenstanders dan instrumenten waren en dat hij vooral misbruik maakte van het Department of Justice en het Department of Homeland Security.

Metadata in bulk?

Een van Gellmans belangrijkste onthullingen was dat de NSA niet alleen "openlijk" via PRISM data bij internetbedrijven opvraagt, maar samen met het Britse GCHQ ook "stiekem" de interne verbindingen tussen datacenters van Google, Yahoo en mogelijk ook Microsoft aftapte - tot woede van deze bedrijven toen dit uitkwam. De reden voor deze operatie was nooit echt duidelijk en Snowden speculeerde dat de NSA het eenvoudigweg deed omdat ze het konden, maar Gellman vermoed in zijn boek dat het mogelijk ging om het verzamelen van internetmetadata in bulk, wat via PRISM immers niet mogelijk is.

Gellman komt in Dark Mirror ook met nieuwe informatie over het meest omstreden NSA-programma, namelijk het in bulk verzamelen van de metadata van binnenlands Amerikaans telefoonverkeer, ook bekend als Section 215. Hij vertelt dat deze metadata terechtkwamen in een systeem genaamd MAINWAY, wat volgens hem niet een normale database is, maar "a live, ever-updating social graph of the United States". Hier lijkt Gellman echter teveel beïnvloed door de Orwelliaanse beweringen van de eerdere NSA-klokkenluider Bill Binney.
Een gedeclassificeerd NSA-document zegt namelijk dat MAINWAY "only contains summaries of one-hop chains (i.e. selector 1 was in contact with selector 2 - N times within a specific timeframe)". Dus in plaats van dat MAINWAY al bij voorbaat de sociale netwerken van alle Amerikanen in kaart bracht, zoals Gellman suggereert, ging het feitelijk alleen om een enorme collectie van nummerparen. In de praktijk werd uitgaande van slechts een paar honderd nummers per jaar contact-chaining toegepast, om zo uit de nummerparen een connectienetwerk samen te stellen.

Snowden overdreef bewust

In Dark Mirror beschrijft Gellman ook de gesprekken die hij, via versleutelde chatkanalen en tijdens twee ontmoetingen in Moskou, met Snowden persoonlijk had. Snowden bleek daarbij onverwacht nukkig en wanneer Gellman hem kritische vragen stelde om journalistiek verantwoord te kunnen publiceren, weerde Snowden die vaak af door te zeggen dat beantwoording alleen de FBI in de kaart zou spelen, wat de suggestie wekt dat antwoorden naar waarheid kennelijk niet altijd in zijn voordeel is.

Dit sluit aan bij wat al uit Snowdens boek Permanent Record naar voren kwam, namelijk dat er geen juridisch geldige reden lijkt te zijn geweest voor zijn grootschalige datadiefstal. Hij vertelt hoe hij het vermoeden kreeg dat er in de VS weleens binnenlandse massasurveillance zou kunnen zijn en eenmaal werkzaam bij de NSA ging hij uitzoeken of dat inderdaad het geval was. Of hij toen inderdaad op concrete misstanden stuitte vermeldt het boek opvallend genoeg niet, waardoor niet uitgesloten kan worden dat de controversiële activiteiten van de NSA pas achteraf uit de documenten naar voren zijn gekomen.

Beweringen waar Snowden zelf mee kwam bleken meer dan eens overdreven en enkele malen werd Gellman ook door hem misleid. Er was bij Snowden niet alleen sprake van een onvermijdelijke subjectiviteit en een overschatting van zijn eigen inzicht, maar het blijkt ook een bewuste strategie te zijn geweest: wanneer Gellman onvoldoende informatie over een bepaalde kwestie had stelde Snowden voor om dan maar te overdrijven of zelfs speculaties als feiten te publiceren in de hoop dat de overheid dan met de juiste gegevens naar buiten zou komen.

Snowden verdedigde dit door te zeggen dat er vanuit de inlichtingendiensten zoveel onwaarheden verteld worden dat je alleen "in het midden uitkomt" als je zelf het andere uiterste opzoekt. Eenzelfde instrumentalistische omgang met de waarheid zagen we ook al bij Glenn Greenwald, maar Gellman wijst deze werkwijze af omdat zijn artikelen ongeloofwaardig zouden worden als achteraf zou blijken dat bepaalde dingen niet kloppen. De praktijk heeft echter laten zien dat mediamissers zelden rechtgezet werden en de meeste mensen vooral de extreme posities van Snowden en Greenwald onthouden hebben.

Conclusie

Is Snowden een held of een verrader? Gellman vindt deze obligate vraag te ongenuanceerd en over of Snowden echt een klokkenluider is doet hij, veelzeggend, evenmin een uitspraak. Voor de beschuldiging dat Snowden een Russische agent zou zijn heeft Gellman in elk geval geen enkele indicatie gevonden: "He had been no one's agent but his own". Uiteindelijk lijkt de meest toepasselijke duiding van Snowden degene die oud-FBI-directeur James Comey in het boek geeft: "he viewed himself as a white knight, that he was going to address abuses that he perceived."
Los van zijn beweegredenen heeft Snowden er ontegenzeggelijk voor gezorgd dat we nu veel meer weten over de werkwijze van de NSA en haar Five Eyes-partners. Gellman vindt dan ook dat Snowden aanzienlijk meer goed dan kwaad gedaan heeft, al is hij zich er ook van bewust dat met de onthullingen schade aan legitieme NSA-operaties is toegebracht. Dat Snowden dat stug blijft ontkennen vindt Gellman niet erg geloofwaardig, aangezien ook dergelijke schade immers onder strikte geheimhouding valt.
Al met al is Dark Mirror een belangrijk boek dat veel eerder had moeten verschijnen. Waar Snowden en Greenwald vaak simpelweg doen voorkomen alsof de NSA de hele wereldbevolking wil afluisteren, laat Gellman zien dat de problematische aspecten van deze dienst in werkelijkheid heel wat beperkter van aard en tegelijk een stuk gecompliceerder zijn.

Een eerdere versie van deze recensie verscheen op Netkwesties.nl

 

Categorie